Wandelende takken zie je vaak vrijwel niet tussen takken en bladeren. Dankzij hun kleur en vorm zijn ze uitstekend gecamoufleerd. Op deze manier zijn ze voor hun natuurlijke vijanden moeilijk te ontdekken. Wandelende takken horen samen met wandelende bladeren thuis bij de orde insecten. Ze horen thuis in de groep van krekels, sprinkhanen, bidsprinkhanen en oorwormen en het zijn fascinerende dieren om te bekijken.
Deze fascinerende diertjes kunnen ongeveer 1,5 jaar oud worden en kunnen tot wel 40 centimeter lang worden. Ze staan ook ondermeer in menig klaslokaal omdat het leerzaam is en het is tevens een mooi studieobject. Ze zijn heel makkelijk te houden. Het enige wat je hoeft te doen is ongeveer een keer maand het terrarium schoonmaken en alle oude bladeren weghalen.
![](https://static.wixstatic.com/media/788ca5_5dea8d9d7bba410fb17dbc2d405f057d~mv2.jpg/v1/fill/w_265,h_190,al_c,q_80,enc_auto/788ca5_5dea8d9d7bba410fb17dbc2d405f057d~mv2.jpg)
In Nederland zul je ze niet in het wild aantreffen. Naar schatting zijn er zo'n 4000 tot 6000 verschillende soorten wandelende takken en komen vooral voor in de tropen en subtropen. De meeste soorten wandelende takken kun je in het wild tegenkomen in Zuid-Amerika en in Zuidoost-Azië. Maar enkele soorten van deze prachtige insecten komen voor in Zuid-Europa.
Vaak zijn de vrouwtjes wat langer dan de mannetjes en zijn ook wat steviger gebouwd. Elke vrouwtje kan zichzelf bevruchten en heeft geen mannetje nodig (parthenogenetisch). Mannetjes zijn als zodanig dus niet functioneel. Al zijn er wel enkele soorten wandelende takken waarbij een mannetje nodig is voor de bevruchting.
De wandelende tak is het grootste insect ter wereld. Ieder andere soort wandelende tak heeft weer andere vormen, kleuren en andere specifieke eigenschappen.
De bekendste wandelende tak is de Indische of laboratorium wandelende tak (Carausius morosus Sinéty). Deze soort wandelende tak is vorige eeuw door Franse missionarissen naar Europa gebracht. Hij is hieronder op de afbeelding te zien.
Een terrarium wordt bedekt met een stuk papier. Zo kunnen ook makkelijk de eitjes worden weggehaald want ze kunnen in hun korte leventje wel tot 500 eieren leggen. Deze eitjes zijn maar 2 millimeter groot en lijken op plantenzaadjes. Afhankelijk van de temperatuur en luchtvochtigheid duurt het 70 tot 120 dagen voordat de eitjes uitkomen, maar meestal worden de eitjes weggehaald omdat het terrarium dan snel vol zit. Pasgeboren wandelende takjes worden ook wel nimfen genoemd.
Leg er geschikte takken met blaadjes in. Geschikte planten zijn heesters, struiken en bomen. Geschikte voedselplanten zijn de roos, braam, liguster, klimop, framboos, vuurdoorn en meidoorn. Deze takken moeten vanzelfsprekend wel vrij worden gehouden van insecticiden.
Een wandelende tak houdt van een normale kamertemperatuur. Zet ze nooit neer in een ruimte onder de 10 graden. Voor een goede luchtvochtigheid kunt u het beste om de een of twee dagen het verblijf bevochtigen met een bloemenspuit, maar spuit de wandelende takken zelf niet nat want daar houden ze absoluut niet van.
Het zijn nachtdieren, dus overdag zijn ze over het algemeen rustig en trekken zich dan veelal terug tussen de bladeren.
Deze wonderlijke diertjes hebben een uitwendig skelet wat regelmatig moet worden vervangen, omdat ze anders niet kunnen groeien. De Indische wandelende tak vervelt 6 keer om de 20 dagen. Voordat dit insect gaat vervellen stopt hij enkele dagen met eten. Als de wandelende tak ondersteboven gaat hangen, dan weet je wat er gaat gebeuren. In de vrije natuur is de vervelling het meest kwetsbare moment uit zijn leven. Als een jonge wandelende tak een pootje verliest dan groeit een pootje ook weer aan en komt terug tijdens het vervellen. Maar het spreekt voor zich dat als ze volwassen zijn er geen pootje meer aan kan groeien, omdat ze dan niet meer vervellen.