.png)
Er lopen wereldwijd zo'n 21 verschillende soorten vossen rond en ze behoren tot de hondachtigen. De vos wordt ook wel gewone vos of rode vos genoemd en het is een zoogdier. Ze komen voor in Europa, Azië en in Noord-Amerika. In Nederland is de vos een van de grootste roofdieren en ze hebben een oranjebruine, rode of bruingrijze vacht. Je komt ze in Nederland tegen in de bossen, maar in het buitenland ook in toendra's en in de bergen. Vossen hebben een lange vacht, een dikke staart, staan hoog op de (korte) poten en hebben een langgerekt lichaam. Verder heeft hij een slanke snuit en puntige recht opstaande oren. Zijn schouderhoogte bedraagt 35 tot 40 centimeter en van de kop naar de romp is hij 58 tot zo'n 90 centimeter lang. Met de staart erbij komt er nog zo'n 40 centimeter bij en ze wegen 3 tot 11 kilo.
Vossen gaan in de schemering en 's nachts op pad om te jagen, terwijl ze zich overdag schuil houden in een hol of onder een struik. Soms graven ze zelf een hol, maar ze verschuilen zich ook vaak in holen van konijnen of dassen. Vossen zijn helemaal niet kieskeurig als het om voedsel gaat. Ze eten bijna alles, zelfs overgebleven afval van de mens.
De vos heeft hier in Nederland geen natuurlijke vijanden, op de mens na dan. In het buitenland zijn er natuurlijke vijanden te vinden als de lynx, wolven en de steenarend. Andere bedreigingen zijn hondsdolheid, schurft en parasieten die op de loer liggen. Vroeger was hondsdolheid (rabiës) een serieus probleem.
Het aantal jongen dat een wijfje ter wereld brengt hangt af van het beschikbare voedselaanbod. Als er bovendien veel vossen in de buurt rondlopen, dan wordt de worp ook kleiner. Jongen die geboren worden zijn in het begin doof en blind en wegen ongeveer 100 gram. Na 11 tot 14 dagen zullen de ogen langzaam maar zeker open gaan. Ze komen tussen maart en mei ter wereld na een draagtijd van 51 tot maximaal 56 dagen. Een worp bevat meestal 4 tot 6 welpjes. Vossen zijn meestal monogaam, maar dus niet altijd.