De muskusrat wordt ook wel bisamrat genoemd en heeft een dikke bruine vacht, al zijn er ook kleurvarianten bekend van roodbruin tot zelfs bijna geheel zwart. Ze hebben een kort gedrongen lichaam en de kop van de muskusrat is stompvormig. Oorspronkelijk kwam de muskusrat alleen voor in bijna geheel Noord-Amerika, maar hij is aan het begin van de 20e eeuw terechtgekomen in delen van Europa en Azië en daar was/is niet iedereen even blij mee. De muskusrat is hier destijds geïntroduceerd om te dienen als jachtdier en voor op pelsdierfokkerijen, want hun bont is nog steeds gewild. Vanuit de Bohemen verspreidden ze zich langzaam maar zeker in grote delen van Europa, omdat ze hier kans zagen te ontsnappen uit een visvijver van een Tsjechische graaf. Op deze manier is de muskusrat dus in ons land terechtgekomen. De muskusrat is een mooi dier om te zien, maar in Nederland met zijn vele dijken wordt de muskusrat vooral gezien als een schadelijk dier, omdat hij heel veel holen graaft en hierdoor schade kan aanrichten aan dijken en oevers.
Dit knaagdier is geen rattensoort, wat vele mensen denken, maar hoort bij de onderfamilie der woelmuizen thuis en hij leeft overal, als er maar water in de buurt is. De enge vereiste die de muskusrat stelt is dat het water minimaal 10 centimeter diep moet zijn en het water moet niet te zout zijn. Een muskusrat is dus ook geen familie van de bruine rat, trouwens de bruine rat is ook veel kleiner. De muskusrat moet ook niet verward worden met een beverrat. Een beverrat is veel groter, zwaarder en langhariger dan een muskusrat.
Omdat de muskusrat dus een enorme graver of woeler is en een gevaar kan vormen voor de veiligheid van onze dijken en oevers, wordt er al meer dan 50 jaar intensief gejaagd op dit knaagdier. Er worden de laatste jaren wel steeds minder gedood, omdat er steeds minder muskusratten in een verdrinkingsval of klem worden aangetroffen. Dat betekent dat het aantal muskusratten niet meer explosief toeneemt, maar dus eerder afneemt in aantal, maar momenteel komen ze nog voor in alle 12 provincies die ons mooie koude kikkerlandje rijk is. Muskusratten kunnen in aantal enorm toenemen, want ze kunnen wel 4 worpen per jaar hebben en dan kan het hard gaan. Muskusratten hebben gemiddeld echter een tot drie worpen per jaar. Per worp krijgen ze gemiddeld 6 jongen, maar ze kunnen per worp ook wel 12 jonge muskusratten krijgen. En deze jongen die in het voorjaar worden geboren kunnen in het najaar zelf alweer jongen krijgen. Op onderstaande afbeelding kunt u zien waar de muskusrat thans wereldwijd voorkomt.
Je kunt een muskusrat herkennen aan zijn afgeplatte staart en ze zijn ongeveer net zo groot als een konijn. Zonder de staart zijn ze zo'n 30 tot 40 centimeter lang, maar dan komt er ook nog een staart bij van zo'n 20 centimeter. De staart is vrijwel onbehaard en zwart van kleur. Muskusratten hebben een gewicht van 1 tot 1,5 kilogram. Je zult een muskusrat niet vaak geluid horen maken, maar soms laten ze fluitende tonen horen en jongen produceren piepende geluiden.
Een muskusrat is een uitstekende zwemmer dankzij zijn opvallende grote achterpoten. Hun achterpoten zijn dan ook wel bijna drie keer zo groot als de voorpoten. Ze kunnen ook lang onder water blijven tijdens het duiken. Ze houden van water met veel waterplantjes, want dat eten ze voornamelijk. De holletjes die ze graven liggen meestal zo'n 15 centimeter onder de waterspiegel. Kenners kunnen de aanwezigheid van muskusratten zien aan de hand van zogenaamde looppaden.
Deze looppaden lopen vanuit het water naar de oever. Zulke paadjes worden ook wel wissels genoemd. Nog meer zaken die hun aanwezigheid kunnen verraden zijn duidelijke verzakkingen in de oevers en/of uitgespoeld/uitgegraven zand wat duidelijk zichtbaar is onder het wateroppervlak.