Komodovaraan (Varanus komodoensis)

De komodovaraan leeft in het oosten van Indonesië op slechts een paar eilanden en is de grootste varaan of hagedis ter wereld. Dit dier lijkt wel rechtstreeks uit de prehistorie te komen. Het is een bedreigde diersoort en wordt gelukkig nu beschermd. Hij is pas in 1910 door biologen ontdekt en beschreven.

Het is een carnivoor en een aaseter. Ze eten vooral kleine herten en wilde zwijnen, maar mensen moeten ook voor deze dieren oppassen als ze in de buurt komen. Hij is namelijk uiteindelijk dodelijk voor mens en dier als hij heeft gebeten. Hij is ook sneller dan een mens. Uiteindelijk is de varaan niet kieskeurig als het erop aankomt. Hij pakt alles wat hij kan pakken, zelfs soortgenoten en slaat vaak toe vanuit een hinderlaag. Al met al is het een zeer beruchte killer. Lange tijd werd gedacht dat de bacteriën in het speeksel dodelijk zou zijn voor een prooi, maar nieuwe studies tonen aan dat een soort zenuwgif fatale gevolgen heeft voor de prooi. Als ze geprikkeld raken bewegen ze hun gespleten tong vervaarlijk heen en weer en dan gaan ze dreigend sissen.

Hij verwond zijn prooi uiteindelijk dodelijk en vindt zijn buit dan terug op de geur. Ze zijn ook verrassend snel. Deze varaan kan wel 40 jaar oud, 70 kilo zwaar en 3 meter lang worden. In gevangenschap kunnen ze echter wel 140 kilo zwaar worden. Ze hebben een heel langwerpig lichaam, een lange dikke staart en kromme poten.

Deze komodovaranen leven in een droge warme omgeving zoals tropische savannes, maar ook op graslanden en andere open gebieden. Ze slapen 's nachts en overdag zodra het warmer wordt warmt hun bloed op. Dan worden ze levendig en gaan ze ook op jacht.

In juni of juli vindt de voortplanting plaats, maar voor het zover is kunnen er tijdens de strijd voor de dames heftige conflicten worden uitgevochten. Een mannetje met een groter en beter territorium maakt hierin meer kans. 5 weken na de paring met een vrouwtje graaft ze een gat en legt ze haar eieren erin. Vaak zijn het er een stuk of 12. Oudere vrouwtjes leggen vaak meer eieren dan jongere vrouwtjes. Dan worden de eieren begraven en zo'n 8 maanden later worden de jongen een voor een geboren en zoeken een weg naar boven.

Deze jonge varanen zijn in de beginfase nog maar 20 centimeter groot en velen vallen ten prooi aan roofdieren als vogels en slangen en andere roofdieren. Ze groeien echter snel en binnen een jaar zijn ze al een meter lang.