.png)
Veel vogels vliegen tijdens de naderende winter naar het zuiden, maar veel vogels blijven ook gewoon hier en moeten hier de Nederlandse winter zien te overleven. De mens kan ze hierbij een handje helpen.
Veel vogels verblijven in de buurt van de mens in de hoop zo voedsel te kunnen bemachtigen
In de winter is het voor de vogels natuurlijk het moeilijkst om aan voedsel te komen. Bessen zijn er helemaal niet meer, en de zaden en insecten zijn erg moeilijk te vinden, wat nog eens extra kan worden bemoeilijkt door extreme winterse omstandigheden zoals een dik pak sneeuw. Om deze koude periode te kunnen overleven snakt iedere vogel naar extra energie, voedsel dus. Zo kunnen de vogels hun lichaamstemperatuur op peil houden, wat natuurlijk erg belangrijk is in de winter. Veel van deze vogels verblijven ook in de buurt van de mens, dus als we de vogels nu even een handje zouden kunnen helpen dan varen onze gevleugelde vrienden er wel bij, want er vallen helaas elke winter nog steeds veel slachtoffers. Ze zijn in de winter helaas vaak ook een makkelijker doelwit voor onze huiskat.
Naast voldoende voedsel is water ook belangrijk
Voldoende voedsel voor de vogels is erg belangrijk maar voldoende water is net zo belangrijk. Dus als u in de winter de vogels voedert in uw tuin zet er dan ook een bakje water bij. Doe alleen nooit zout in het water, want dan doet u meer kwaad dan goed. Onze gevleugelde vrienden zullen u ongetwijfeld dankbaar zijn, maar geef ze alleen voer in de winter, want anders worden ze in de andere jaargetijden te lui om zelf voedsel te zoeken, of ze verleren het zelfs helemaal hoe ze voedsel moeten zoeken, en dat kan natuurlijk ook niet de bedoeling zijn. U kunt de vogels dus het beste op bescheiden schaal bijvoederen van november tot en met maart.
Iedere vogelsoort heeft weer een ander leefgebied
Er zijn vogelsoorten die houden van een open plek in uw tuin, andere vogels houden juist van beschutte plekjes, of van gemaaid gras, waterpartijen of balancerend tussen de takken door. Het is daarom raadzaam om verschillende plekjes in uw tuin te creëren om zo meerdere vogelsoorten aan te kunnen trekken, en leg op deze verschillende plekken het voedsel neer.
Waarmee kunt u de vogels bijvoederen?
Musjes houden van gepelde walnoten, stukjes kaas, zaden, gerst, maïs, tarwe (kippenvoer), gierst en havermout.
De tortelduif en de houtduif vinden gemengde zaden, gerst, maïs, tarwe (kippenvoer), gierst en havermout.
De merels en lijsters maakt u blij met voederbollen, meelwormen, ongezouten pinda´s, maïs, zonnebloemkernen, rozijnen, besjes, rundvet, overrijpe peren en appels en ongezouten spekzwoerd.
Spreeuwen lusten graag kaas, brood, voederbollen, rozijnen, besjes, overrijpe appels en peren, rundvet, ongezouten spekzwoerd en meelwormen.
De kraai, gaai of de ekster houden er bijna hetzelfde etenspatroon op na maar houden niet van rozijnen, bessen en overrijpe appels en peren.
Spechten komen absoluut af op voederbollen, meelwormen, kokosnootpulp, ongezouten pinda´s en ongezouten spekzwoerd.
De goudvink maakt u blij met gemengde zaden, gerst, zonnebloempitten en zonnebloemkernen. De appelvink lust dit ook, maar ook nog van kersenpitten, gierst en havermout.
De heggenmus en het winterkoninkje houden erg van zonnebloemkernen, gerst, gemengde zaden, gierst, havermout en meelwormen. De vink, putter, sijs of groenling vinden dit ook lekker, behalve zonnebloempitten en meelwormen.
U kunt roodborstjes naar uw tuin lokken met voedsel als zonnebloemkernen, gerst, gemengde zaden, meelwormen, voederbollen, rundvet, ongezouten spekzwoerd, gierst en havermout.
Mezen zijn niet zo kieskeurig. Ze houden van veel voedsel, zoals zonnebloempitten of kernen, kaas, brood, gepelde walnoten, voederbollen, rundvet, meelwormen, ongezouten spekzwoerd, kokosnootpulp en ongezouten pinda´s.
De boomklever houdt van ongezouten pinda´s, gepelde walnoten, meelwormen, voederbollen, ongezouten spekzwoerd en zonnebloempitten of kernen.
U lokt wellicht de keep naar uw tuin met ongezouten pinda´s, zonnebloempitten of kernen, gebroken maïs, gemengde zaden, gierst en havermout.
Veel succes met het bijvoederen van de gevleugelde vriendjes in uw tuin. Zorg dat de voederplekken buiten bereik zijn van de huiskatten. U helpt ze zo beter de winter door. Als dank zullen de vogels zich vast steeds vaker laten zien in uw tuin of op uw balkon.