Eekhoorn (Sciurus vulgaris)

Eekhoorns zijn zeer bewegelijke knaagdieren en ze hebben een rode of donkerbruine vacht. Ze worden ook wel rode of gewone eekhoorn genoemd. Ze hebben zo'n leuke lange borstelige pluimstaart waarmee ze sierlijk als een ware acrobaat door de bomen heen kunnen springen en rennen. Je kunt eekhoorns in bossen en/of parken tegenkomen in Europa en in grote gedeeltes van Azië. Ze hebben echter wel de voorkeur voor de wat oudere bossen, omdat daar vaak meer voedsel te vinden is en er meer nestgelegenheid is.

Deze leuke boombewoner heeft een witte vacht op zijn buik en zijn oren hebben pluimpjes. Ook hebben ze in verhouding grote ogen en lange tenen met lange, scherpe nagels. Zijn lengte van kop tot en met het puntje van de staart bedraagt 40 tot 64 centimeter en ze hebben een gewicht tot 1350 gram. Wereldwijd zijn er ongeveer 40 soorten eekhoorns bekend en ze worden ongeveer 7 jaar oud. De kleinere soorten eekhoorns worden ook wel grondeekhoorns genoemd en staan bekend om zijn verzamelwoede om de winter goed door te kunnen komen met zijn wintervoorraad.

Dit zeer bewegelijke diertje eet voornamelijk eikels, noten en kegels van naaldbomen. Maar soms eten ze, afhankelijk van het seizoen, ook wel jonge vogeltjes, vogeleieren, rupsen, bessen, paddenstoelen, knoppen en bladeren, dus het zijn omnivoren. Ze begraven hun voedsel altijd voor mindere tijden, maar in tegenstelling tot wat mensen vaak denken houdt hij in de winter geen winterslaap. In de winter blijft hij in zijn nest. Ze vinden hun voedsel altijd terug dankzij hun goede reukvermogen.

De eekhoorn kent vrijwel iedereen, van jong tot oud, en heeft voor veel mensen echt een hoog knuffelgehalte, maar natuurlijk laten deze wilde dieren zich niet aaien, al durven ze zich soms best dicht in de buurt van de mens te vertonen.

Eekhoorns zijn vooral in de zomer actief tussen zonsopgang en zonsondergang. Hij zoekt een uur of 2 naar voedsel en tussendoor slaapt hij of verbouwt hij z'n nest. Ook hechten ze er veel waarde aan om hun vacht te verzorgen en daar nemen ze dan ook de tijd voor. Opvallend detail is dat de mannetjes hier veel meer tijd voor nemen dan de vrouwtjes. Van alle knaagdieren is de eekhoorn dan ook een van de schoonste.

Om zijn gebied aan te geven laat dit knaagdier zweetsporen achter. Eekhoorns gaan zweten als ze opgewonden of warm zijn. De zweetklieren bevinden zich onder onder zijn voeten. Het is een boombewoner, maar op de grond voelt hij zich ook goed thuis.

Eekhoorn leven alleen in hun territorium, maar deze territoriums kunnen elkaar wel overlappen. Mannetjes hebben vaak een groter territorium dan vrouwtjes. Alleen op voederplaatsen kun je meerdere eekhoorns tegen komen. Als de jongen zo'n 3 maanden oud zijn, zullen ze door hun moeder uit haar territorium worden gejaagd.

Eekhoorns hebben twee voortplantingsperiodes per jaar, namelijk in het voorjaar en in de zomer. In beide periodes laat het vrouwtje zich 1 dag dekken. Na een draagtijd van 5 tot 6 weken komen de jongen ter wereld en het mannetje zal zich niet met de opvoeding bemoeien. De meeste worpen bevatten 2 tot 8 jongen en jonge vrouwtjes hebben vaak minder jongen in hun nest dan de oudere vrouwtjes.