.png)
AIDS ontstond rond 1980
Deze ziekte ontstond rond 1980. Veel mannen leden in die tijd aan een toen nog onbekende ziekte. Het leek in eerste instantie wel op een vorm van huidkanker. Vanuit Amerika is deze ziekte langzaam verder verspreid over de hele wereld. Eerst was er nog niet veel over bekend. Mensen die getroffen werden door deze ziekte kregen snel een verminderde weerstand. Eerst overkwam dit bijna alleen homo's (98%), dus leek het een homoziekte.
Vanaf 1983 heet deze ziekte AIDS
In 1983 is dit beeld bijgesteld omdat andere mensen dan homo's de ziekte ook kregen, zoals mensen die een bloedtransfusie hadden ondergaan of mensen die verdovende middelen gebruikten. En vrouwen konden deze ziekte dus ook wel degelijk krijgen. Vanaf toen heette de ziekte AIDS. AIDS staat voor Acquired Immune Deficience Syndrome. Syndrome betekent dat het om meerdere ziektes gaat. AIDS wordt verspreid door het Hiv-virus. Het Hiv-virus is een soort van griepvirus. Dit virus zit in vaginaal vocht, voorvocht, sperma, bloed, speeksel en moedermelk. Je bent seropositief of Hiv-seropositief als er door middel van een bloedtest is aangetoond dat het Hiv-virus in het bloed aanwezig is. Als je bang bent dat je bent besmet dan kun je een test laten doen. Dit kan echter pas na een half jaar omdat het virus een incubatietijd heeft van 6 maanden. Als het Hiv-virus zich bevindt in de bloedbaan dan is er een grote kans op het krijgen van AIDS.
Je afweersysteem is aangetast
In 1985 overleed in Nederland het eerste AIDS slachtoffer. Maar niemand sterft aan AIDS zelf maar aan de gevolgen ervan. Ieder gezond mens met een goede afweer kan zo'n 12 relatief ongevaarlijke ziektes de baas blijven, zoals huidkanker of een longontsteking. Maar als je lijdt aan AIDS dan is je afweersysteem beschadigd of zelfs helemaal buiten werking gesteld, met alle gevolgen van dien. De ziektekiemen kunnen dus dan niet meer effectief worden bestreden, en op het laatst zitten deze ziektekiemen over in je lichaam totdat je komt te overlijden.
AIDS is niet besmettelijk
Het moet nog maar eens worden gezegd. AIDS was en is nog steeds niet besmettelijk. Je kunt enkel en alleen AIDS krijgen door onveilig seksueel contact. Als je wisselende partners hebt dan is veilig vrijen dus erg belangrijk. AIDS is dan ook de bekendste SOA (Seksueel Overdraagbare Aandoening). Je kunt deze ziekte als kind ook oplopen van je moeder door de navelstreng, tijdens de bevalling of door borstvoeding. AIDS kun je ook krijgen door drugsgebruik, door vieze naalden te gebruiken.
AIDS in cijfers
Deze ziekte komt behalve bij mensen ook onder meer voor bij apen, katten, geiten, paarden en schapen. Momenteel lijden er wereldwijd zo'n 40 miljoen mensen aan deze slopende ziekte, en elke dag komen er zo'n 15.000 nieuwe ziektegevallen bij. Er zijn zelfs bepaalde landen in met name Afrika waar heel veel kinderen zonder hun ouders moeten opgroeien, omdat ze allemaal zijn overleden aan de gevolgen van AIDS. In Nederland zijn ongeveer 13.000 mensen besmet met AIDS. Er zijn wereldwijd de afgelopen decennia al meer dan 22 miljoen mensen aan Aids of HIV gestorven.
Ontwikkeling medicijnen
Gelukkig kan deze ziekte nu beter worden bestreden dan in de beginjaren. Dankzij Hiv-remmers blijven de mensen langer in leven. Het aantal AIDS-diagnoses is ook aan het afnemen, maar dat komt vooral omdat de mensen die de Hiv-remmers gebruiken minder snel AIDS krijgen. Er bestaat echter nog geen medicijn of vaccin om deze ziekte uit te kunnen schakelen, al lopen er wel experimentele proeven. Bepaalde ziekteverschijnselen kunnen wel worden behandeld met antibiotica.