Pelikanen zijn prachtige watervogels en zijn een opvallende verschijning. Ze hebben een spanwijdte van soms wel 3 meter, ze zijn 1,80 meter lang, tot 14 kilo zwaar en ze kunnen wel 35 jaar oud worden. Er zijn 8 soorten pelikanen en de twee grootste Euraziatische soorten zijn de roze pelikaan en de kroeskoppelikaan. Pelikanen eten vrijwel alleen maar vissen (piscivoor) en met hun grote snavel en grote keelzak kunnen ze vissen als het ware uit het water scheppen. En als de pelikaan dan zijn hoofd optilt dan valt het overtollige water uit zijn snavel. Ze jagen gezamenlijk op vis door op het water met hun vleugels te klapperen en op deze manier wordt de vis naar ondiep water gedreven. Pelikanen zijn zeer sociale vogels. Dat blijkt ook wel uit het feit dat ze broeden in kolonies. In gevangenschap gaan ze pas broeden als ze minimaal met z'n achten zijn en dan zitten ze vaak dicht bij elkaar.
![](https://static.wixstatic.com/media/788ca5_cc22d4a8696c4b92ac51ed0abe11b243~mv2.jpg/v1/fill/w_495,h_340,al_c,q_80,enc_auto/788ca5_cc22d4a8696c4b92ac51ed0abe11b243~mv2.jpg)
De roze pelikaan (hierboven afgebeeld) komt voor in Zuidoost-Europa, Azië, Afrika en India en hij houdt van water en is vaak te vinden in de buurt van moerassen, zoet- en zoutwatermeren, haaien en binnenzeeën. Roze pelikanen broedden veelal op geïsoleerde eilandjes in grote binnenmeren. Hun broedsel bevat takken en riet en er worden 1 tot 4 eieren gelegd. De ouders braken voedsel op en de jongen zijn na een paar weken al sterk genoeg om dit zelf uit de keelzak van hun ouders te halen.
Kroeskoppelikanen zijn de zwaarst vliegende vogels en kunnen wel 15 kilo wegen. Ze komen niet voor in koude gebieden, maar ze kunnen wel korte periodes temperaturen onder het vriespunt aan. Deze pelikanen leven ook veel in de buurt van het water en dan vooral in zoetwatergebieden, tenminste als er maar genoeg vis voorhanden is. Ze eten voornamelijk karpers. Vroeger kwamen ze ook in Nederland voor. Nu komen ze voor in kustgebieden van Zuidoost Europa, Turkije, Azië en in het Midden Oosten. Kroeskoppelikanen broeden in uitgestrekte rietmoerassen en hier bouwen ze drijvende nesten die tot wel 1 meter hoog kunnen zijn. Na zo'n 32 dagen komen 2 tot 4 eieren een voor een uit. Binnen drie maanden kunnen ze al vliegen en na zo'n 100 dagen kunnen ze zichzelf al helemaal redden.
De witte (Amerikaanse) pelikaan komt voor in Noord- en Midden-Amerika. Ze leven vooral op de grond en niet in de bomen en ze rusten veel uit op zandbanken en op kleine eilandjes.
De bruine pelikaan is de kleinste pelikaan (lengte 1 tot 1,5 meter) en is de enige pelikaan die vissen met een stootduik vangt en vervolgens opeet. Vanaf een meter of 10 storten ze in het water en ze kunnen dan wel snelheden bereiken van 95 kilometer per uur. De klap op het water vangen ze op met een stootkussen. Ze leven en broeden in groepen langs de kust en dan vooral in mangrovebossen.
De overige pelikaansoorten zijn de Australische pelikaan, de grijze pelikaan, de kleine pelikaan en de Peruaanse pelikaan.