.png)
Stel er was vroeger iets ergs gebeurd of je stond ergens met pech langs de weg dan moest je je maar redden met de mogelijkheden die je toen had, want het mobieltje was er toen nog niet. Het lukte vaak wel maar moet je niet vragen hoe. Maar hoe lang bellen we nu eigenlijk mobiel en hoe is de mobiele telefonie ontstaan?
1956
Al in 1956 werd het eerste mobiele netwerk in gebruik genomen. Dit was bedoeld voor enkele honderden abonnees. Dit waren vooraanstaande Zweden zoals dokters en advocaten. Dit MTA-netwerk ( Mobile Telephone A) was ontwikkeld door Ericsson. Dit systeem was wel 14 kilo zwaar en werden in kofferbakken van auto's gemonteerd. Voor 1956 waren ook wel experimenten gedaan maar was niet zo succesvol als dit systeem. Er was echter nog wel tussenkomst van een telefoniste nodig. Bovendien moest je met dit radiosysteem altijd alert blijven om te horen of je nummer werd omgeroepen. In de jaren erna werd dit product doorontwikkeld maar woog in 1965 nog steeds 9 kilo. Dit was een draagbare versie en werd de MTB genoemd.
1980
In maart 1980 werd het eerste autonetwerk (ATF-1) in gebruik genomen en was bedoeld voor de zakelijke rijder. Er waren twee toestellen beschikbaar, namelijk de Pollux en de Castor. De belangstelling was zo groot dat in 1985 werd besloten om nog een autonetwerk in het leven te roepen. Dat was ATF-2 en kon 50000 aansluitingen tot stand brengen. Ook in 1985 werd de Carvox 2453 geïntroduceerd. Dit was de eerste autotelefoon die ook buiten gebruikt kon worden. Eigenlijk was de mobiele telefonie vanaf toen een feit. Het waren echter bakbeesten met enorme accu's in vergelijking met nu. De kleinere formaten zaktoestellen kwamen eind jaren 80 op de markt. ATF-3 werd in 1989 in gebruik genomen, en was het derde officiële autonetwerk. ATF-3 werkte op 900MHz in tegenstelling tot zijn voorgangers die werkten op 450MHz. In 1999 werd ATF-3 afgesloten om plaats te maken voor de GSM-technologie. GSM werkte en werkt nu nog steeds op 900MHz.
1994
Vanaf 1994 veroverden onze mobieltjes langzaam steeds meer terrein, want vanaf toen is het GSM-netwerk in gebruik genomen door de PTT. De eerste jaren was dit vooral weggelegd voor zakenlieden, de beroepschauffeurs en de binnenvaartschippers. Nu heeft bijna iedereen wel een of zelfs meerdere mobiele telefoons tot zijn beschikking. Sommige mensen hebben een mobieltje voor op het werk, eentje voor thuis, en eentje voor op vakantie etc. Je ziet iedereen op straat bellen, of in de winkel of in andere openbare ruimtes. Vroeger mocht je in het ziekenhuis niet bellen maar dat beleid is nu veranderd omdat het medische apparatuur van tegenwoordig er niet meer gevoelig voor is. Je ziet mensen ook nog steeds massaal bellen terwijl ze autorijden maar dat is dus niet de bedoeling. Sommige mensen zijn nu eenmaal hardleers. De boetes worden elk jaar hoger maar voor niet handsfree bellen vind ik het niet meer dan terecht. Het is gevaarlijk en er zijn handsfree-sets te koop dus waarom niet zo'n ding aanschaffen.
In Nederland spreken we van een smartphone, mobieltje of van een mobiele telefoon. In België bel je met een GSM en in Suriname bel je met een Cellulair. In Suriname wordt gebeld door middel van een netwerk van antennes.
Van analoog naar digitaal
Hier in Nederland bellen we inmiddels allang digitaal (GSM en UMTS) maar voorheen was dit nog analoog of beter gezegd analoge modulatie. We bellen in principe allemaal op een openbaar netwerk maar voor onze alarmdiensten (politie, brandweer, ambulance) is het C2000-netwerk uitgevonden. Dit is natuurlijk een gesloten netwerk.
Een draadloze telefoon moet niet worden verward met een vaste telefoonaansluiting, want hier worden tegenwoordig ook vaak mobiele telefoons gebruikt die tot wel honderd afstand van het basisstation nog kunnen functioneren.
Ontwikkeling staat niet stil
De mobiele telefoons worden jaar op jaar steeds geavanceerder. Internet is compleet ingeburgerd in een groot deel van de mobieltjes. De goedkopere mobieltjes hebben deze functie vaak niet. De mobiele telefonie is mogelijk dankzij radiofrequenties. Hiervoor heeft het Agentschap Telecom van het ministerie van Economische zaken een vergunning afgegeven. Dit Agentschap keurt tevens de mobiele telefoons. Vroeger waren mobieltjes echt log in vergelijking tot nu. "Koelkasten" werden ze genoemd als je wat een ouderwets exemplaar tot je beschikking had. Ze waren groot, hadden weinig functies en hadden niet een helder display. Het display was vroeger alleen maar een lampje die de cijfers en letters van onder af kon verlichten. Nu zijn alle mobieltjes lichter dan 100 gram en hebben talrijke functies en een zeer helder display (als een tv).
De geavanceerde telefoons worden smartphones genoemd. Geloof het of niet maar in 2010 zijn er wereldwijd 1,4 miljard exemplaren verkocht en er valt nog een hele wereld te winnen zoals de ontwikkelingslanden. Ieder jaar weer worden talrijke nieuwe mobiele telefoons in de markt gezet. Ook is er veel concurrentie. Met name de jeugd is er gevoelig voor en loopt graag voorop met de trend mee en halen regelmatig een nieuwe mobiele telefoon. We leven nu eenmaal in een weggooimaatschappij of we het nu leuk vinden of niet. Het lijkt wel of iedereen overal aan het bellen is maar er zijn ook ruimtes waar u uw mobieltje beter uit kunt zetten zoals op school, in de bibliotheek, tijdens een vergadering of tijdens een etentje in een restaurant.