.png)
De gemsbok (wetenschappelijke naam Oryx gazella) is het nationale dier van Namibië en wordt ook wel oryx of spiesbok genoemd. Dit hoefdier komt voor in zuidwestelijk Afrika in droge streken zoals de Namib-woestijn en de Kalahari-woestijn. Dit zoogdier komt uit de familie van de holhoornigen (Bovidae). Ze kwamen vroeger voor in grote gedeeltes van Afrika en in het Midden-Oosten, maar door toedoen van de mens komt hij nu vrijwel alleen nog maar voor in Namibië. Ze drinken maar weinig water en ze halen hun vocht vooral uit hun voedsel. Gemsbokken grazen dan ook vooral in de ochtend. Door dauwvorming s het vochtgehalte dan het grootst, namelijk zo'n 40 procent en daarom grazen ze vooral in de vroege ochtend. Deze gespierde antilopen graven ook met hun voorpoten de tsjamma (vrucht) op, want dit is een sterk waterhoudende vrucht. Als er ergens veel water is, dan kunnen ze gedurende een langere tijd op dezelfde plaats blijven, maar ze kunnen ook lange trektochten maken op zoek naar water, want ze leven hier in een zeer droog klimaat.
Ze kunnen wel weken zonder water, omdat ze water goed vast kunnen houden. Behalve gras eten ze ook bladeren, plantenwortels en knollen, maar dan wel voornamelijk in de droge tijd. We kennen allemaal de dromedaris en dat ze lang zonder water kunnen, maar de gemsbok kan nog langer zonder water. Maar als het mogelijk is proberen ze wel iedere dag te drinken. Op het heetst van de dag proberen ze wel zoveel mogelijk de schaduw op te zoeken. Spiesbokken leven in gemengde groepen met een leidende bok en een aantal ondergeschikte mannetjes. Als groepen bij elkaar komen rondom een waterplas om te drinken dan kunnen er soms wel honderden dieren bij elkaar. Normaal gesproken heeft zo'n kudde maximaal 60 dieren, grotendeels vrouwtjes met jongen en een paar mannetjes. Onder beide geslachten bestaat wel een duidelijke hiërarchie. Vrouwtjes wegen tot 200 kilo en de mannetjes tot zo'n 300 kilo.
Na een draagtijd van negen maanden komt er een jong ter wereld. Hoog drachtige vrouwtjes zonderen zich altijd af, maar enkele dagen na de geboorte zal ze zich met het jong weer bij de kudde voegen. Om niet ontdekt te worden door rovers liggen de jongen het grootste gedeelte van de dag zo onopvallend mogelijk tussen de struiken of in de buurt van termietenheuvels. Ze zal in de beginfase enkel en alleen overeind komen als haar moeder in de buurt is, want dan kan het jong bij haar drinken. Gedurende zo'n 6 weken zal het jong zogen bij zijn moeder.
De gemsbok wordt gezien als een van de mooiste dieren ter wereld. Zijn rug en buik zijn goudbruin van kleur en zijn poten zijn zwart, met witte sokken. Verder heeft deze bok twee lange kaarsrechte hoorns op zijn kop en zijn gemiddeld 85 centimeter lang, maar ze kunnen nog langer worden. Dat is maar iets korter dan de gemsbok zelf, want deze dieren zijn gemiddeld bijna 2 meter groot. Als ze worden aangevallen dan kiezen ze er meestal voor om hard weg te rennen, maar eenmaal in het nauw gedreven durven ze ook wel aan te vallen. Je moet deze bok dan ook zeker niet onderschatten. Normaal gesproken leven ze in vrede en ze werken makkelijk samen met anderen. Verder zijn ze zeer volhardend en rusteloos.